Klachtplicht in een faillissement bij bestuurdersaansprakelijkheid
Auteur: mr. M.M.J. (Mink) Severiens
Een bestuurder kan o.a. op de voet van de artikelen 2:248 BW, 2:9 BW en 6:162 BW (onrechtmatige daad) persoonlijk aansprakelijk worden gesteld. Een bestuurder kan daarbij zelfs voor het tekort in een faillissement moeten opdraaien. De bestuurder heeft daarbij wel een aantal mogelijkheden zich te verweren. Daarbij worden de mogelijkheden verweer in een procedure te voeren wel steeds meer beperkt.
Zo werd aan de Hoge Raad de vraag voorgelegd of een bestuurder tegen een artikel 2:9 BW-vordering de klachtplicht van artikel 6:89 BW in stelling kan brengen.
Aan een bestuurder komt ter afwering van zijn aansprakelijkheid op de voet van artikel 2:9 BW jegens de rechtspersoon geen beroep toe op de klachtplicht van art. 6:89 BW.
Aldus de Hoge Raad in:
HR 26 april 2024, ECLI:NL:HR:2024:681
Beschwerdepflicht im niederländischen Konkursverfahren
Autor: mr. M.M.J. (Mink) Severiens
Dem Geschäftsführer kann u. a. nach den Artikeln 2:248 BW, 2:9 BW und 6:162 BW (unerlaubte Handlung) persönlich haftbar gemacht werden. Dabei kann es sogar vorkommen, dass ein Geschäftsführer in einem Konkursverfahren für das Defizit aufkommen muss. Dem Geschäftsführer stehen jedoch einige Möglichkeiten sich zu verteidigen zur Verfügung. Die Möglichkeiten, sich in einem Verfahren zu verteidigen, sind jedoch zunehmend eingeschränkt.
So wurde der Oberste Gerichtshof gefragt, ob sich ein Geschäftsführer gegen eine Forderung nach Artikel 2:9 des niederländischen Bürgerlichen Gesetzbuchs auf die Beschwerdepflicht nach Artikel 6:89 des niederländischen Bürgerlichen Gesetzbuchs berufen kann.
Ein Geschäftsführer kann sich nicht auf die Beschwerdepflicht des Artikel 6:89 des niederländischen Bürgerlichen Gesetzbuches berufen, um seine Haftung nach Artikel 2:9 des niederländischen Bürgerlichen Gesetzbuches gegenüber der juristischen Person abzuwehren.
Das sagt der Oberste Gerichtshof in:
HR 26 April 2024, ECLI:NL:HR:2024:681
